Ondanks voornemens van provincies en beloftes in het regeerakkoord om ‘verdozing van het landschap’ terug te dringen, komen er tot eind 2023 nog zeker 64 grote distributiecentra bij in Nederland. Dat blijkt uit een analyse van cijfers van Cobouw, door platform voor onderzoeksjournalistiek Investico en Pointer voor onder meer Trouw en De Groene Amsterdammer. Het totale oppervlak van de geplande hallen beslaat meer dan 3 miljoen vierkante meter.
De distributiecentra komen in ruim de helft van de gevallen te staan op plekken die nu nog groen zijn, zoals weilanden. Ook blijkt uit de data dat de pakhuizen gemiddeld groter zijn dan de distributiecentra die nu in Nederland staan. Gemiddeld zijn bestaande distributiecentra 33 duizend vierkante meter groot, voor de aangekondigde hallen is dat 48 duizend vierkante meter. Dat is bijna anderhalf keer de Johan Cruijffarena.
Verzet van burgers en provincies
Naast de 64 distributiecentra die al in de pijplijn zitten hebben verschillende Nederlandse gemeenten in totaal bijna dertig bestemmingsplannen aangenomen die het mogelijk maken om een distributiecentrum te bouwen. In 90 procent van die gevallen betreffen die bestemmingsplannen onbebouwde, groene stukken grond of weilanden.
Op verschillende plekken in het land zijn de afgelopen jaren burgers in verzet gekomen tegen de komst van ‘blokkendozen’ in hun leefomgeving. Inmiddels wil ook meer dan de helft van de provincies niet langer dat er lukraak grote pakhuizen in het landschap bijkomen, blijkt uit een rondgang van Pointer en Investico onder provincies.
De provincies Drenthe, Gelderland, Noord-Brabant, Overijssel, Zeeland en Zuid-Holland laten weten op dit moment regels voor te bereiden om nieuwbouw van pakhuizen groter dan 20 duizend vierkante meter op de daarvoor speciaal aangewezen locaties willen. De provincie Utrecht wil dat ontwikkelaars efficiënter gebruik gaan maken van bestaande bedrijventerreinen, vanwege ‘schaarste aan ruimte die nodig is voor wonen, energie en natuur’.
Verkoop gemeentegrond lucratief
Voor wethouders kan de verkoop van gemeentegrond echter zeer aantrekkelijk zijn. De eenmalige inkomsten van de verkoop en de onroerendezaakbelasting zijn een welkome verlichting van een krappe gemeentebegroting. Een woordvoerder van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten herkent de nood van wethouders om geld te genereren met de verkoop van grond. ‘Maar de vraag is natuurlijk of zo’n distributiecentrum een meerwaarde betekent voor de gemeenschap, het landschap, en de werkgelegenheid’. De VNG noemt grond verkopen om gemeentefinanciën te verlichten ‘een verkeerde prikkel’.
Landschapsarchitect Adriaan Geuze, die de term ‘verdozing’ in 2018 muntte, noemt de transformatie van het Nederlandse landschap “extreem”. ‘Kom na een paar jaar terug op een plek en je kent het niet meer terug. Je kan je niet eens meer oriënteren’.
‘Wilde westen’
Het is belangrijk dat alle provincies een beleid gaan formuleren op het gebied van logistieke centra’, zegt Wouter Veldhuis, rijksadviseur voor de Fysieke Leefomgeving. ‘Als je dat niet doet dan wordt het hier het Wilde Westen en duiken bedrijven op de provincie waar de regels het gemakkelijkst zijn.’ Selectief beleid in de ene provincie mag niet tot gevolg hebben dat er in de andere provincie extra distributiecentra komen, vindt Minister Hugo de Jonge (Ruimtelijke Ordening). Begin april heeft de minister met de provincies een eerste overleg gehad om meer gezamenlijk op te trekken en tot landelijke afspraken te komen.
Nederland kreeg er de afgelopen vijftien jaar 27,5 miljoen vierkante meter aan distributiecentrum bij. Volgens vastgoedinvesteerders was het jaar 2021 een recordjaar voor de bouw van logistiek vastgoed. De investeringen in logistiek vastgoed bedroegen 5,3 miljard euro, dat blijkt uit cijfers van CBRE, een adviesbureau voor commercieel vastgoed.
Zondagavond 24 april is de tv-uitzending van Pointer ‘In opstand tegen logistieke blokkendozen’ om 22:10u te zien op NPO2. Dinsdag 26 april verschijnt er een online longread bij opinieweekblad De Groene Amsterdammer.